Bovendien is hij lid van de Taskforce Infra. Een samenwerkingsverband dat werd opgericht om de sector draaiende te houden tijdens de coronacrisis, maar die tijdens de Oekraïne- en arbeidsmarktcrises meer dan ooit zijn waarde bewijst. We vroegen Jelle Coen naar de ontwikkelingen binnen de Taskforce Infra.
In zijn dagelijks werk wordt Jelle Coen nog niet veel geconfronteerd met de ontwikkelingen binnen de vitale infrasector. Maar ze zijn desondanks wel heel belangrijk voor zijn bedrijf. Jelle: ‘De 2-fasencontracten en portfolioaanpak zijn voornamelijk onderdeel van grote aanbestedingen. Daar doen wij als MKB-bedrijf meestal niet aan mee. Maar wij leveren wel de machines aan de uitvoerders van die opdrachten, bijvoorbeeld. Het verkleinen van financiële risico’s van die partijen (zoals het doel is van het 2-fasencontract) geeft ook ons een stuk zekerheid.’
Actuele veranderingen
De risico’s verkleinen voor de hele sector, dat is ook een van doelen van de Taskforce Infra. Dit samenwerkingsverband, origineel opgericht om de gevolgen van de coronacrisis het hoofd te bieden, richt zich nu op andere actuele risico’s. Die zijn er namelijk genoeg. Jelle Coen: ‘We hebben te maken met een samenkomst van een aantal actuele problemen. De stikstofcrisis legt veel bouwprojecten stil. Daarnaast stijgen de prijzen van bouwmaterialen en grondstoffen enorm door de oorlog in Oekraïne. En het grootste probleem als je collega-ondernemers spreekt, is het nijpende personeelstekort.’
‘Bij al deze ontwikkelingen blijkt onderlinge communicatie het grootste voordeel van de Taskforce Infra. Door met elkaar te praten over actuele problemen ontstaat er wederzijds begrip. Een voorbeeld zijn de hoge bedragen die wij als bouwbedrijf uitgeven vóór we een offerte naar bijvoorbeeld Rijkswaterstaat versturen. We geven geld uit aan onder andere grondstoffen, bouwmaterialen en medewerkers. Daarbij werken we met kleine marges. Om die reden vroegen we Rijkswaterstaat of de bankgarantie bij aanbestedingen kan worden geschrapt. Daar is begrip voor en de gesprekken lopen. Dat toont het voordeel van de Taskforce aan: samen op zoek gaan naar oplossingen voor de hele sector.’
Voortrekkersrol
Een van de belangrijke redenen voor Jelle Coen om binnen de Taskforce het gesprek met Rijkswaterstaat te blijven voeren, is de voortrekkersrol die zij hebben in de markt. Jelle Coen: ‘Als Rijkswaterstaat meer en beter samenwerkt met de markt, dan zullen gemeenten en provincies snel volgen. Rijkswaterstaat is zo groot en complex. Als ze daar kunnen veranderen, dan kan het overal.’
Meer en beter samenwerken is dus nodig. Want de uitdagingen van vandaag bepalen de infrasector van morgen. Vooral als het gaat om verduurzaming en het personeelstekort. Jelle Coen: ‘Onderhoud garanderen kan niet als er geen personeel is om te onderhouden. Net zoals dat we wel kunnen eisen dat de bouw moet elektrificeren, maar dat kan niet als ons elektriciteitsnetwerk al bijna vol zit. Deze problemen worden de komende jaren alleen maar groter , dus is het zaak dat we hier nu nieuwe oplossingen voor vinden. Die verantwoordelijkheid voel ik, daarom sloot ik me aan bij de Taskforce Infra.’